Op 1 januari 2006 treden de nieuwe "Bevoegdheden vorderen gegevens" in werking. Een goed tijdstip om eens stil te staan bij de reeds bestaande Wet Vorderen Gegevens. Wat betekent deze wet voor de bank? Wat gaat er veranderen in 2006? En wat voor gevolgen heeft dat voor de interne auditor?
Deze wet betekent voor de financiƫle sector dat naam- en adresgegevens kunnen worden opgevraagd door een opsporingsbeambte.
Heeft een opsporingsbeambte hier toestemming nodig van de rechter-commisaris? OM? Rechter? Waar kan de politie terecht? Bij een centraal punt van de bank? Kan of moet een medewerker zo'n verzoek administreren? Identificatie van politiemensen?
Met andere woorden, wat voegt de nieuwe "Bevoegdheden vorderen gegevens" toe aan de bestaande Wet Vorderen Gegevens? Is dit wel van belang voor de bank?
Kan of moet de klant ingelicht worden dat zijn gegevens zijn verstrekt?
Als blijkt dat er onterecht of teveel gegevens zijn verstrekt, kan de bank dan aansprakelijk worden gesteld?
Kan de klant beschermd worden, zoals bibliotheken doen?
Waren er voorheen werkzaamheden voor auditors? Zijn die er nu wel?